vrijdag 22 juni 2012

Muskusratten- en beverrattenbestrijding










Afbeelding beverrat
invasieve-exoten.nl




‘Invasieve exoten’: Amerikaanse nerts, Canadese gans, Italiaanse kamsalamander, diklipgrondel en Japanse duizendknoop zijn nieuwkomers in de natuur, waarbij de (moedwillige) introductie de nodige vragen oproept.
Sommige soorten verbreiden zich exponentieel, soms worden ze lokaal dominant en soms concurreren ze verwante inheemse soorten weg. Soms brengen ze ziekten mee, waar de inheemse soorten niet tegen zijn opgewassen. Denk maar aan de rivierkreeften.

Als waterschapsbestuurder maak ik deel uit van de stuurgroep muskusrattenbestrijding. Muskusratten en beverratten zijn ook exoten en worden bestreden omdat ze de waterveiligheid ondermijnen door het graven van dijken en kades. Kantonniers, rivierwerkers, loonwerkers en boeren lopen risico’s om met hun onderhoudsmachines in het water te kantelen omdat ze wegzakken in complexen van holen en nesten.

In 2011 werden in Brabant 5760 muskusratten en 36 beverratten gevangen. Het gemiddelde ligt rond de 3000 muskusratten/jaar. In 2010 is er een flinke doorbraak geweest, omdat een deelgebied in West-Brabant tijdelijk ‘onbewaakt’ was, maar die uitschieter in aantallen is intussen gefixeerd.
Het aantal beverratten is letterlijk gedecimeerd ten opzichte van 10 jaar geleden. Deze dieren komen binnen via de Maas en de Limburgse collega’s hebben de populatie onder controle gekregen.

Nog wat feitjes: de drie Brabantse waterschappen hebben een 30-tal (fte’s) muskusrattenbestrijders in dienst en de bestrijding kost indicatief 2 miljoen euro/jaar.

Vanuit de Dierenbescherming en bijvoorbeeld ook de Partij voor de Dieren is er kritiek op het vangen en doden van muskusratten en beverratten. Bij de bestrijding worden per ongeluk ook andere dieren gevangen en gedood. De enige serieuze aantallen worden overigens gevormd door bruine ratten en woelratten …

De waterschappen onderzoeken methoden van vangen en doden, overwegen proeven met niet-bestrijden (onbedoeld vond zo’n experiment al plaats in de Oostvaardersplassen) en staan daarmee kritisch in de rol, die ze van de provincies overnamen.

zaterdag 16 juni 2012

Jaarverslag dassenpopulatie in de Loonse en Drunense Duinen en omgeving

















Eerlijk gezegd had ik niet zo’n beeld van de dassenpopulatie in Midden-Brabant, maar het aantal dieren wordt op 90 (31 dec 2011) geschat, verdeeld over 28 bewoonde burchten. Het aantal nam met 7 dieren toe, ten opzichte van het jaar daarvoor. 9 dieren werden dood gevonden als verkeersslachtoffer.

Als de dassen ook tot de big five van Johan van den Hout, Gedeputeerde Natuur Noord Brabant, horen (das of otter … zeg nou zelf) dan is een mooi begin gemaakt met de procesnatuur. Of toch niet? Dassen zijn weer van die beesten, die het vooral goed doen op de grens van het natuurlandschap en het cultuurlandschap. Met betrekking tot het cultuurlandschap: er moet immers ook gevreten kunnen worden! Daarmee is de das misschien toch meer een representant van de ‘boekhoudnatuur’, van weilanden, hooilanden, boomgaarden, tuinen en akkertjes, zonder pesticiden.

donderdag 7 juni 2012

Platvis













Gisteren bezocht ik met een ambtelijke werkgroep (Waterpoort) een tarbot-kwekerij in Stavenisse. Dat is de tweede zeevis-kwekerij in korte tijd. 
De eerste was een tong-kwekerij bij de Zeeland-brug. Die gebruiken gezuiverd Oosterschelde water om hun visjes in op te kweken. In het vervuilde water groeien vervolgens zeepieren op en daarna gaat het water – min of meer gezuiverd – terug in de Oosterschelde.
Het bedrijf in Stavenisse kweekt tarbotten. Daarvoor pompen ze zout grondwater op (300 m diepte). Ook dat water raak verontreinigd door de vissen en deze ondernemer heeft een indrukwekkende zuiveringsinstallatie waarmee het water optimaal benut kan worden (recycling). Het water moet voortdurend aangevuld worden en vanzelfsprekend ook weer afgevoerd. Het water wordt afgevoerd door een kwekerij van zeekraal en zeeaster (Z: lamsoor).
De ondernemer is niet alleen een boer, die zeevis kweekt op het land. Hij verklapte ook civieltechnisch ingenieur te zijn met veel verstand van waterzuivering …

zondag 3 juni 2012

Twiggy

















In heel Brabant verenigen bewoners zich in locale energiecoöperaties. Soms wil men gezamenlijk groene energie inkopen, een andere keer zonnepanelen aanschaffen of een windmolen installeren. In het westbrabantse is vooral Energiek Moerdijk actief. Ze organiseerden een EnergieCafé in Fort de Hel (Willemstad) en de uitbater, Frank Kastelein, regelde bij de lokale Renaultdealer een elektrisch bestelautootje, een scooter en de hierbij afgebeelde Twizy.

Het model van een netwerk aan lokale coöperaties, overkoepeld door een landelijke club met technische kennis, juridische en fiscale knowhow is aansprekend. In Waterpoort is Bergen op Zoom bestuurlijk trekker van ‘energietransitie’ en wat mij betreft zouden de coöperaties een van de peilers kunnen zijn.